Welkom bij het Buitenmuseum van Haarlemmermeer
Waar staat deze verhalenpaal?
- Locatie: fietspad aan de Schipholweg naast de doodlopende weg richting adres Schipholweg 695.
- Coördinaten: 52.352.623.944 / 4.740.030.543
- Fietsroute: fietsroute Water
- Fietsknooppunten: tussen 51 en 82
Heeft u een verhaal bij deze paal? Stuur het naar naar schakelsaandeketting@shmdc.nl.
Binnenmuseum
Naast de 20 Verhalenpalen in de polder, kunt u ook een bezoek brengen aan het Cruquius Museum in Cruquius en het Historisch Museum Haarlemmermeer in Hoofddorp. Kijk op www.haarlemmermeermuseum.nl.
Verdwenen dorp Nieuwerkerk
Door systematische ontginningen in het moerasbossenlandschap oostelijk van Haarlem ontstonden vanaf de 11e eeuw dorpen als Sloten, Osdorp, Nieuwerkerk (aanvankelijk aangeduid als Boesinghelee), Vijfhuizen, Schalkwijk en Rijk. Toen het veenland inklonk ten koste van landbouw en veeteelt, werd er vanaf de 14e eeuw veen afgestoken om als brandstof (turf) te verkopen. Zo werd een groot deel van het hart van Holland afgegraven. De oevers van de daardoor ontstane meren bij Haarlem kalfden steeds verder af. De vier kleine meren groeiden vanaf 1250 uit tot het grote Haarlemmermeer.
Wandelend dorp
Nieuwerkerk (Nieukerk) is het grootse van alle dorpen in de omstreek en tevens het meest welvarend. Het had tenminste een kerk met een pastorie. De plaats behoorde tot het Kennemerland, de kuststrook van Noord-Holland en in de bronnen van die streek werd Nieuwerkerk vaak genoemd voor alle andere dorpen. Het lag op een soort landtong dat het oude Haarlemmermeer en het Spieringmeer van elkaar scheidde en die steeds smaller werd. De Heerenweg die van Amsterdam naar Haarlem leidde ging langs Nieuwerkerk. Deze weg was in 1344 nog zo onbegaanbaar dat er iemand van de hofhouding van de graaf van Holland met de reiziger mee moest om de weg te wijzen.
De achteruitgang van het dorp begon in de 15de eeuw toen het in 1467 voor de eerste keer verdween. De kerk werd een stuk noordelijker weer opgebouwd. Met het tweede Nieuwerkerk ging het al spoedig weer slechter. In 1502 resten er nog twee huizen. Ook met het derde Nieuwerkerk ging het niet veel beter. In 1514 waren er nog maar 28 huizen. Daarna wist het dorp zich een eeuw op hetzelfde niveau te handhaven. Maar in 1687 was het weer voor een belangrijk deel door het water verzwolgen. De aanvankelijke welvaart was inmiddels omgeslagen in armoede. Zo moest de pastoor verhuizen naar een eenvoudig onderkomen zodat de pastorie verhuurd kon worden. Ook was er geen koster want die kon men niet betalen. Het lijkt er dus op dat Nieuwerkerk een zogenaamd wandelend dorp was. In 1838, vlak voor de aanleg van de Ringdijk rond het meer, lag nog een klein deel van het dorpsgebied van Nieuwerkerk boven water waar nog één huis stond. Wel werden er na het droogvallen in de bodem nog bouwresten van het dorp gevonden.
Van het tot Nieuwerkerk behorende Vijfhuizen restten in de 19e eeuw alleen de huidige eendenkooi en nog enkele huizen. In de nabijheid verrees een nieuw dorp Vijfhuizen. Ook het bij Schalkwijk horende Rijk verdween omstreeks 1600 in de golven. Een beperkt stuk land ten zuiden van Sloten was het enige wat er van overbleef.